Logo Bijbelvers.net

2 Kronieken 13:9



Statenvertaling
Hebt gij niet de priesteren des HEEREN, de zonen van Aäron, en de Levieten uitgedreven, en hebt u priesteren gemaakt, gelijk de volken der landen? Een iegelijk, die komt om zijn hand te vullen met een jong rund en zeven rammen, die wordt priester dergenen, die geen goden zijn.

Herziene Statenvertaling*
Hebt u de priesters van de HEERE, de nako­melingen van Aäron, en de Levieten niet verdreven en voor uzelf priesters gemaakt, zoals de volken in andere landen? Ieder die komt om zich te laten wijden met een jonge stier en zeven rammen, kan priester worden voor wat geen goden zijn.

Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Hebt gij niet de priesters des Heren, de zonen van Aaron, en de Levieten verdreven, en u priesters gemaakt zoals bij de volken der landen? Ieder, die kwam, om zich te laten wijden met een jonge stier en zeven rammen, werd priester voor wat geen goden zijn.

King James Version + Strongnumbers
Have ye not H3808 cast out H5080 ( H853 ) the priests H3548 of the LORD, H3068 ( H853 ) the sons H1121 of Aaron, H175 and the Levites, H3881 and have made H6213 you priests H3548 after the manner of the nations H5971 of other lands? H776 so that whosoever H3605 cometh H935 to consecrate H4390 - H3027 himself with a young H1121 - H1241 bullock H6499 and seven H7651 rams, H352 the same may be H1961 a priest H3548 of them that are no H3808 gods. H430

Updated King James Version
Have all of you not cast out the priests of the LORD, the sons of Aaron, and the Levites, and have made you priests after the manner of the nations of other lands? so that whosoever comes to consecrate himself with a young bullock and seven rams, the same may be a priest of them that are no gods.

Gerelateerde verzen
1 Koningen 13:33 | Hoséa 8:6 | 1 Kronieken 29:5 | 2 Koningen 19:18 | Deuteronomium 32:17 | Leviticus 16:32 | Éxodus 29:1 | Éxodus 29:35 | Éxodus 32:29 | Handelingen 19:26 | Galaten 4:8 | 2 Kronieken 11:14 - 2 Kronieken 11:15 | Jeremía 5:7 | 1 Koningen 12:31 - 1 Koningen 12:33 | Leviticus 8:2 | Jeremía 2:11